Een plaatselijke luchtvaartmaatschappij in Afrika onderhoudt een verbinding tussen twee vliegvelden. Op het geplande vertrekuur is iedereen en alles in gereedheid behalve de co-piloot van het toestel, een Boeing 737. De co-piloot is nergens te vinden of te bereiken.
Na een uur wachten besluit de piloot toch maar te vertrekken. Het is dan misschien tegen de regels maar hij kent het toestel en de route als zijn broekzak en controles zijn er toch niet.
Zonder problemen stijgt de piloot op en bereikt hij de juiste koers. Zodra kruishoogte en -snelheid bereikt zijn, strekt hij even de benen in de passagiersruimte.
Hij verlaat de cockpit, trekt de deur achter zich dicht en beseft meteen dat die enkel vanuit de cockpit geopend kan worden. Een middel tegen kapers. Er zit dus niets anders op dan een bijl uit het overlevingspakket te nemen en de deur in gruzelementen te slaan, terwijl meer dan honderd passagiers verbijsterd toekijken.
Waar of niet waar?
Dit verhaal dook voor het eerst op in de jaren tachtig. Enkele kranten in de VS brachten het incident, dat zich in China zou hebben voorgedaan, als ‘waar gebeurd’ verhaal in hun krant. Er zijn weinig aanwijzingen dat het verhaal inderdaad op waarheid berust.
Enkele feiten kloppen in ieder geval niet. Zo wordt de bijl in een vliegtuig juist in de cockpit bewaard. En terrorisme of niet: een flinke schouderduw is al voldoende om de deur van een cockpit open te breken. Het slot op de cockpit-deur heeft vooral een symbolische waarde. Bij een crash dient de deur altijd opengemaakt te kunnen worden.
Overigens won het verhaal een paar jaar geleden aan populariteit toen een journaliste van de Washington Post het verhaal bracht als authentiek reisverslag. Het was haar in Afrika overkomen, schreef ze. De journaliste moest enkele dagen daarna het boetekleed aantrekken en bekennen dat ze het verhaal ook maar gehoord had.