Sir Arthur Conan Doyle was de geestelijk vader van Sherlock Holmes. Naast schrijver, was Doyle ook een bekende practical joker die er genoegen in schiep zijn vrienden voor de gek te houden.
Op een dag haalde Doyle eens een grap uit met twaalf mensen tegen wie hij zelf hoog opkeek. Hij schreef hun een telegram. “Vlucht! Alles is uitgekomen!”, luidde de tekst.
Zes van de twaalf ontvangers vluchtten daarop ogenblikkelijk het land uit.
Waar of niet waar?
Het verhaal is naar alle waarschijnlijkheid niet waar. Zoals gebruikelijk bij veel broodje aap-verhalen zijn er meerdere personen aan wie het verhaal wordt toegeschreven. Naast Sir Arthur Conan Doyle is dat in dit geval ook bijvoorbeeld Mark Twain.
Het verhaal hierboven stond ooit in Intermediair in een prachtig artikel over de angst om door de mand te vallen. Daar wordt over het verhaal nog gemeld:
“Een broodjeaapverhaal misschien, maar het maakt wel aanschouwelijk dat mensen kunnen denken bedriegers te zijn, ook al beschouwen anderen hen als niet de minsten. De Amerikaanse hoogleraar Clance schat dat ruim zeventig procent van de mensheid in elk geval eens in het leven wordt bevangen door de angst door de mand te vallen.”
