Een groep jongens eet elke zaterdagnacht na het uitgaan een broodje shoarma bij dezelfde grillroom. Op tafel staan potten met knoflooksaus en tomatensaus. Hiervan worden de broodjes elke week rijkelijk voorzien.
Op een bepaald moment valt het de jongens op dat de potten saus vervangen zijn door knijpflessen. Ze vragen aan de eigenaar waarom hij dat gedaan heeft, want de saus in de potjes was veel smeuiiger.
De eigenaar doet geen moeite om de werkelijke reden te verhullen: De Keuringsdienst van Waren is langsgeweest en de saus in de potjes bleek voor ongeveer een kwart uit menselijk speeksel, slijm en snot te bestaan. Enkele gasten maakten er een sport van om de potjes saus elke week ‘bij te vullen’.
Waar of niet waar?
Het verhaal heeft een grote kern van waarheid. De eigenaar van een niet nader te noemen shoarmazaak uit de buurt van Leiden betrapte op een dag iemand die in een shoarma-potje spuugde en heeft toen zelf maatregelen genomen, voordat de Keuringsdienst langskwam. Het verhaal ging vervolgens een eigen leven leiden.